#82 - Slagerszoon in het paleis

Zou Emile Van Doren (1865-1949, een eenvoudige slagerszoon uit de Hoogstraat in Brussel, er als jonge knaap ooit van gedroomd hebben, wandelend langs het koninklijk paleis, op een boogscheut van zijn thuis, de koning te ontmoeten? De meeste dromen zijn bedrog, maar deze kwam wel degelijk uit.

Een ontmoeting met koning Leopold I had er nooit ingezeten: Emile Van Doren was amper zes maanden oud toen hij stierf. Maar Leopold II ontmoette hij wel. Net afgestudeerd van de Brusselse Académie des Beaux-Arts stelde Van Doren in 1892 in het Museum voor Schone Kunsten tentoon met kunstkring Voorwaarts. Hier kende hij zijn eerste grote verkoopsucces. De koning bezocht de tentoonstelling en kocht er enkele werken, waaronder "Village hollandais" van Emile Van Doren. Deze gebeurtenis bleef voor de landschapsschilder zijn leven lang een hoogtepunt. Waar het schilderij sindsdien gebleven is, is niet geweten. Het werk werd nooit officieel opgenomen in de Koninklijke Verzameling, en is daarom mogelijk door Leopold II als geschenk weggeven.

Elf jaar later, opnieuw met een tentoonstelling in Brussel vond een ander schilderij zijn weg naar de Belgische koninklijke familie. De gravin van Vlaanderen, de moeder van de latere koning Albert I kocht in 1903 een groot doek met de titel “Troupeau en bruyère”. Emile Van Doren noteerde deze verkoop op een los papiertje, samen met enkele andere verkochte schilderijen, maar schreef zelf als titel “Lever de lune en bruyère” op. Een wit-zwart foto van het werk bewaard bij het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium toont een kudde schapen, op de heide. Het werk heeft meer dan een eeuw deel uitgemaakt van de Koninklijke Verzameling. Afkomstig uit de collectie van de graaf en gravin van Vlaanderen belandde het via hun zoon Albert I, en vervolgens via Leopold III in het kasteel van Argenteuil. Na de dood van Leopold III verdween het werk door vererving uit de verzameling.

De koninklijke familie had duidelijk de smaak te pakken voor het werk van Emile Van Doren. In juli 1921 kochten ook de hertog en hertogin van Brabant, de latere Leopold III en koningin Astrid, een werk met de titel “Marais à Staelen”. Zij betaalden 2.000 frank.
Later zou het toekomstige koningspaar nog een werk van Van Doren krijgen want “toen destijds prins Leopold en prinses Astrid in het huwelijk traden prijkte een prachtig doek van Emile Van Doren tussen hun huwelijksgeschenken,” zo lezen we in Het Belang van Limburg.

De grootste fans van Emile Van Doren waren echter koning Albert I en in het bijzonder koningin Elisabeth. Het verhaal wil dat zij elke tentoonstelling van Emile Van Doren in Brussel bezochten. Vandaag de dag bewaart de Koninklijke Verzameling nog slechts een werk van Emile Van Doren met de titel “Matin en Campine”. Noch in de literatuur, noch in het koninklijk archief is een spoor gevonden wanneer dit werk verworven werd, al is het vermoeden sterk dat het via koningin Elisabeth in de collectie belandde.

Ook na de dood van Emile Van Doren bleef zijn werk zijn aantrekkingskracht op de koninklijke familie uitoefenen. Koning Boudewijn kwam pas in 1960, elf jaar na het overlijden van Emile Van Doren, op de troon – zij zullen elkaar vermoedelijk nooit ontmoet hebben - maar ook hij verwierf een schilderij van Emile Van Doren. Geen aankoop, maar een cadeau van het gemeentebestuur van Genk bij een koninklijk bezoek.
Een foto van het heuglijke moment in 1962 toont toenmalig burgemeester Bijnens aan het oud gemeentehuis, naast koning Boudewijn en koningin Fabiola. Op een schildersezel voor hen staat een zicht over de Molenvijver van Van Doren. Het werk werd in dank aangenomen en was bijzonder geliefd door de koning. Hij gaf het schilderij prominente plek in zijn werkkamer in de villa op het koninklijk domein in Opgrimbie. En telkens hij gefilmd of gefotografeerd werd in deze kamer zagen we het werk achter hem tegen de muur hangen.

De levenslange connectie met de koninklijke familie betekende ook dat Van Doren bij leven twee koninklijke decoraties voor zijn verdiensten als kunstenaar ontving: in 1921 werd hij ridder in de Kroonorde en in 1940 werd Van Doren, de dag voor zijn 75e verjaardag, benoemd tot ridder in de Leopoldsorde.